In de jaren ’90 ontvouwde de Franse cardioloog Serge Renaud op de Amerikaanse tv zijn theorie dat de gemiddelde fransman, ondanks zijn niet echt gezonde leefstijl, weinig last had van hart- en vaatziekten en gemiddeld ook vrij oud werd. Prompt steeg de wijnomzet in Amerika met 40%.

Renaud vermoedde dat dit door het regelmatige wijndrinken kwam. In wijn zitten polyfenolen en fenolen bevatten weer anti-oxidanten die ontstekingen zouden remmen. Later ontdekten voedingswetenschappers meer gezonde stoffen in wijn zoals resveratrol en quercetine. De lijst met positieve effecten op ziekten werd daardoor steeds langer. In de jaren die daarop volgden zijn zoveel onderzoeken geweest dat er veel voorstanders maar ook tegenstanders van het drinken van wijn zijn. De nadelen van alcohol moet je afwegen tegen de voordelen van de gezondere stoffen in wijn. En vooralsnog is resveratrol alleen nog maar getest op muizen en fruitvliegjes, niet op mensen. Hoe het ook zit, ons credo is derhalve: geniet van de wijn maar drink het toch maar met mate.